archiveren | monogaam RSS voor deze sectie

Seks en seksualiteit

Iedereen is van harte welkom; homo, lesbisch, biseksueel, hetero, aseksueel….

Wat betekenen seks en seksualiteit voor ons? Iedereen beleeft dat op een eigen wijze. En heeft daar eigen ideeën en ervaringen over, emoties bij. Liefde, lust, genegenheid, orgasme; noem maar op. Tijdens een workshop kan iedereen (die dat wil) deze “benoemen”, waarbij niets “goed” of “slecht” is. Hierbij kijken we onder meer naar de invloed van de media. Maar ook bijvoorbeeld naar de verschillen tussen jonge en oudere mensen. Én naar fantasie versus realiteit.

Lijkt dit je iets? Ben je ook benieuwd of je daadwerkelijk zo’n vreemde eend in de bijt bent? Of eigenlijk toch heel “normaal”?

Kom dan ook naar onze (gratis) ontmoetingsavond op

9 maart aanstaande.

Vanaf 19:30 uur is iedereen van harte welkom.
Tussen 20:00 en 21:00 uur gaan we aan de slag met de workshop.

Wie zijn we? “ertussenin” de Limburgse vereniging voor en door biseksuelen.

Waar vind je ons? Regenbooghuis Limburg, Meldertstraat 38 te Hasselt.

Mail: ertusseninlimburg@gmail.com
Webpagina: https://ertussenin.wordpress.com/
Mobiel: 0470588096

Afbeelding congres Jeugd en seksualiteit

I am a Bisexual man, married to a woman. Is it so hard to accept ??

Does being engaged in a monogamous relationship make me less Bisexual ? Hell No !

On my first date with my wife, i immediately knew that she’ll become my wife and i immediately told her about my sexual orientation.

Why ? Because my sexual orientation doesn’t just define who i’m dating, but define a big part of my identity.

Whoever i’m dating, whoever i’m sleeping with, i am Bisexual. Every aspects of my identity is Bisexual.

As said in my post about accepting yourself as a Bisexual, it took me so long and so much pain to accept myself that nothing can change that.

But we’re living in a binary world, you’re straight or gay. So for the outside world, when a Bisexual is engaged in a relationship, it re-define his sexual orientation.

So here’s the top misconceptions about it :

1. It was a a phase, now he/she’s back to herself

First of all, when we finally accept our sexual orientation, this is when we’re back to ourselves !

Before this moment, we’re just zombie, faking an identity to fit into your binary world where we can’t.

If I’ve met my wife before accepting my Bisexuality, our relationship would have been a disaster and my wife would not even meet the real me.

So no, it wasn’t a phase, it was just the beginning of my real life !

2. It was a phase, now he/she’s finally accepting his/her Homosexuality

Same goes in the case of a relationship with a person of the same sex.

3. Being in a relationship with a Bisexual means being cheated

Having the chance to be attracted by more than one gender doesn’t mean that i need to have sex with all of them. It just mean that i’m more focus on the person than on his gender.

Why the hell a Bisexual must be unfaithful ? I am 100% monogamous, i love my wife and i can’t even imagine kissing or touching another person.

Coming out to my wife on the first date means also that our relationship has been 100% honest before we’ve been a couple. Because of that level of honesty, we say everything to each other therefore, i’m pretty sure we have a more healthy relationship than most of the “straight couple”.


stillbisexualStillBisexual.

Bron: biandproud.com

On Loving a Bisexual Man

When I first started dating my husband Adam, he had just broken up with a woman. It was my first time dating someone bisexual, and I was filled with doubt and confusion as to whether this could work.

Would he leave me for a woman eventually? How would I feel if he found a woman attractive, out in public? Did he eventually want to have children through old-fashioned procreation?

Eventually, I overcame my fears as exactly that — fears, not truths.

Unfortunately, much of society, including the lesbian and gay community, still struggle with those same fears and misunderstandings about bisexual people. For example, many still believe that bisexual people are either confused, in denial or hiding their “real” sexual orientation. That lack of acknowledgment of the legitimacy and authenticity of bisexual identities, unfortunately, can also have real, negative consequences.

For example, bi adults are six times more likely than gay and lesbian adults to hide their sexual orientation. Bisexual individuals struggle with the burden of “passing” in either the gay or straight communities. With the choice available to not come out as bi — which some may see as a privilege — many people find the line between staying true to oneself and keeping clear of conflict blurry and impassible.

Robyn Ochs, speaker, writer and bi activist, explains, “Many people privately identify as bisexual but, to avoid conflict and preserve their ties to a treasured community, choose to identify publicly as lesbian, gay or straight or to stay silent, allowing others to presume that they do, further contributing to bisexual invisibility.”

Given how important being supported in coming out is for one’s emotional and physical wellbeing, it is no wonder that the bisexual population fares so much worse than the lesbian and gay population, on a number of factors.

A study done by the Movement Advancement Project in 2014 revealed that 25 percent of bisexual men and 30 percent of bisexual women live in poverty, as opposed to 20 percent and 23 percent of gay men and women respectively. Bisexual people have greater health disparities, including higher rates of hypertension, smoking and risky drinking than lesbians, gay men and straight people. More worryingly, these same bi adults are twice as likely than gay and lesbian adults to attempt suicide (and four times more likely than straight individuals).

Such disparities do not happen by chance or accident. Instead, we need further research and data to understand better why this specific segment of our community is falling behind, and what policy changes are needed to improve the situation — especially as more young, queer people are identifying as bisexual, pansexual or omnisexual.

When I first told my mom about Adam, I explained to her that he was bisexual, foolishly thinking that might make it easier for her to accept us as a couple. All it did was confuse her even more. When she and Adam first met, she started to ask him questions about himself, to get to know him better. I gave them some space to have their separate conversation in the kitchen and walked out to the living room — within earshot of course!

My mom started with the usual questions about his family, but then started heading in a different direction. Soon, she was asking Adam why, if he was bisexual, would he choose to be with a man instead of woman. Wouldn’t it be so much easier to just be straight?

I held my breath for Adam’s answer. He replied: “Because I fell in love with your son.”

For her, that was all she needed to hear in order to understand. And for an LGBT community connected by the common thread of wanting to live authentic and honest lives, including through the very personal decision of who we love, shouldn’t that be enough?

Bron: huffingtonpost.com

‘Zijn we niet allemaal een beetje biseksueel?’

‘Biseksualiteit lijkt altijd een beetje op de wip te zitten tussen authentieke seksuele oriëntatie en plat seksueel opportunisme. Al te gauw wordt gezegd “ze moeten maar eens leren kiezen”. We kijken allemaal wel eens naar andere mannen en vrouwen, denkend “die ziet er goed uit!”. Daarom hoeven we ons nog niet dadelijk af te vragen wie we eigenlijk zijn op seksueel vlak – het is wel wat complexer dan dat. De term “seksuele oriëntatie” wordt te pas en te onpas gebruikt maar wat houdt het eigenlijk in? In de eerste plaats is er een link tussen seksuele oriëntatie en “romantische oriëntatie”. Met wie zie je jezelf een relatie aangaan? Op wie zou je verliefd kunnen worden? Op mannen? Vrouwen? Allebei? Want met wie je een relatie hebt bepaalt toch of je hetero, homo of bi bent? Daarnaast is er de vraag tot wie je je seksueel aangetrokken voelt. Wat windt je op? Met wie zie je jezelf wel eens tussen de lakens duiken? Met mannen? Vrouwen? Allebei? Want met wie je in bed kruipt bepaalt toch of je hetero, homo of bi bent? To make matters worse zijn die vragen op zich al dubbelzinnig. Zo is de groep mannen en vrouwen die wel eens fantaseren over seks met iemand van hetzelfde geslacht relatief groot. De groep die dat soort fantasie ook omzet in realiteit is al een stuk kleiner, maar wél substantieel groter dan de enkele precentages ‘homoseksuelen’ die je typisch in studies terugvindt. Ten slotte is er nog de vraag naar zelfidentificatie: hoe zie jij jezelf? Welk vakje vink je aan? Homo? Hetero? Bi? Weet je zelf op wie je verliefd kan worden, wat je in je fantasie kan opwinden, met wie je seks kan hebben en hoe je jezelf bestempelt? Je voorkeur qua ‘romantische oriëntatie’, seksuele aantrekkingskracht en je zelfidentificatie hoeven zelfs niet in dezelfde lijn te liggen. De cijfers van Sexpert, een recente studie in Vlaanderen, liegen er niet om: drie vierde van de vrouwen met holebiseksuele fantasieën vrijt niet met iemand van hetzelfde geslacht en/of noemt zichzelf geen holebi (72 %). Voor mannen is dat bijna de helft (46 %). Het vraagstuk is dus veel minder zwart-wit dan het op het eerste gezicht lijkt. Wat dan met biseksualiteit? Ben je biseksueel als je relaties hebt met mannen en met vrouwen? Ben je biseksueel als je vrijt met mannen en vrouwen? Of ben je al biseksueel als je bijvoorbeeld als man wel eens fantaseert over mannen? Het meest waardevolle antwoord ligt dikwijls in jezelf. Hoe zie jij jezelf? Zie je jezelf als biseksueel? Prima. Zie je jezelf als hetero die wel eens een biseksueel getinte fantasie heeft? Helemaal oké. Enzovoort. Maar of we allemaal een beetje biseksueel zijn? Nee, waarschijnlijk niet. Hoe groot de groep is hangt af van wie je als biseksueel wilt bestempelen. Moet je en romantisch en in je seksuele fantasie en in je seksuele praktijk gericht zijn op mannen en vrouwen? Dan blijft de groep biseksuelen heel klein. De groep die zichzelf ziet als hetero maar in seksuele fantasieën toch opgewonden kan worden van mannen en vrouwen, die is veel groter dan we denken of durven toegeven.’ bi

Bron: http://www.psychologies.be/

Laat je masker zakken.

Vanavond kun je weer onze maandelijkse ontmoetingsavond bezoeken. Met deze maand als thema: “Laat je masker zakken”.
Februari is de carnavalsmaand bij uitstek, ook dit jaar weer. Maar wat is het eigenlijk voor een feest? Wikipedia omschrijft het als volgt:
“Antropologisch gezien is het carnaval een omkeringsritueel, waarin maatschappelijke rollen worden omgedraaid en normen over gewenst gedrag worden opgeschort.”
Tijdens carnaval dragen velen een masker of maken ze zich met behulp van allerlei kleuren schmink onherkenbaar. Je zou kunnen zeggen dat hierdoor iedereen gelijk is qua status. Of dat ze zich hierdoor anders kunnen gedragen dan ze normaal zouden doen. Zoals hierboven staat: “gewenst gedrag wordt opgeschort”.
We gaan het niet hebben over het gedrag van anderen of diepgaand over het carnavalsfeest filosoferen. Wel over het dragen van maskers, in ons normale leven. Waarom doen we dat vaak nog? En waarom voelen we ons daartoe verplicht? Wat is er voor nodig dat we onze maskers kunnen laten vallen?
Kom ook en praat mee, vanaf 19:30 uur in het Regenbooghuis te Hasselt.
Ben je op zoek naar meer informatie over biseksualiteit? Kijk dan eens verder op deze website.Laat je masker zakken

Ontmoetingsavond 9 december

Het jaar 2015 nadert haar einde en 2016 komt er bijna aan. Het zou prettig zijn mochten we het jaar, tijdens onze ontmoetingsavond op 9 december, samen afsluiten met iedereen die ons het afgelopen jaar bezocht heeft. Om eindelijk eens een ander stel te kunnen spreken, dat zich met dezelfde problematiek bezig houdt. Of die bi- of heteroseksuele man of vrouw die dezelfde vragen en onzekerheden heeft als jij zelf, maar misschien ook oplossingen. Om daadwerkelijk met een groep biseksuelen en partners ontspannen, met een drankje en een hapje over van alles en nog wat te kletsen. En daarbij hoeft het niet enkel over biseksualiteit en de gehele problematiek daarom heen te gaan. Want uiteindelijk zijn wij allemaal ook “gewoon” mensen met ons werk, gezin, liefhebberijen en hobby’s.

Tijdens deze avond zou een begin gemaakt kunnen worden met het ontstaan van een groep bi’s uit Limburg die zich met enige regelmaat treffen voor een leuke avond uit, een wandeling of picknick.

Dus; bezoek op 9 december, vanaf 19:30 uur, onze maandelijkse avond. Locatie: Regenbooghuis Limburg, Meldertstraat 38 te Hasselt.RBHL

Het monogame drama: een pleidooi voor multi-intimiteit

In onze cultuur is monogamie nog altijd het ideaal. Is de tijd niet rijp voor het single-zijn als vaststaande relatiestatus? Niet om eeuwig alleen te zijn, maar juist om verschillende mensen lief te hebben en het spelkarakter van de liefde te bewaren. Want waarom zou slechts één levenspartner genoeg zijn om je compleet te maken?

GastcorrespondentNieuw feminisme

Avatar Simone van Saarloos
Foto: David Ryle / Getty Images

Foto: David Ryle / Getty Images

Voor de overheid ben je een sofinummer, in de winkel ben je een bankrekeningnummer, op school heb je een studentnummer, Bol.com vraagt om een ordernummer en in het ziekenhuis krijg je een patiëntnummer. Maar uiteindelijk, zo besloot de medestudente journalistiek haar column, was ze bij haar vriend even nummer één. De liefde als rustpunt in ons verder zo hectische leven.

Dat is weleens anders geweest. In de tijd dat maatschappelijke status aan duidelijker rituelen verbonden was, vervulde liefde een avontuurlijker rol. Liefde vormde de uitspatting op de regel.

Tegenwoordig bestaat het absoluut onmogelijke nauwelijks meer. Ons begrip van wat mogelijk is, is niet meer aan een allesoverheersende moraal gekoppeld. Persoonlijke keuzevrijheid wordt gestimuleerd en daar hoort bij dat je je eigen verlangens mag ervaren en uiten. Het antwoord op vragen als ‘Wat wil je?’ of ‘Waar heb je zin in?’ vormt zodoende de bron van de dagelijkse besluitvorming. Niet het waarom (waarom verlang ik dit?), maar het wat van de behoefte staat centraal, omdat het hebben van verlangens geaccepteerd is.

Als je eenmaal lijkt te krijgen wat je wilt, volgt daarop een kwantitatieve vraag: ‘Krijg ik ook genoeg?’ Of in een romantische context: ‘Voel ik wel genoeg?’ Als we al kunnen vastleggen wat genoeg gevoel is, dan volgt een precisering van die maat: moet het verlangen constant in dezelfde intensiteit aanwezig zijn? Omdat gevoelens niet te temperaturen zijn en liefde zich alleen in taaluitingen en gedrag laat bewijzen, worden bepaalde handelingen of uitspraken als meetpunten genomen. Het moet zichtbaar zijn, zodat we weten waar we het over hebben wanneer we het over liefde hebben.

De Amerikaanse psycholoog Robert Sternberg kan hierbij hulp bieden. Hij herkent een geslaagde romantische relatie aan de hand van drie componenten: passie, intimiteit en toewijding. Met passie doelt hij op hartstocht en lust. Intimiteit ontstaat geleidelijk, met zelfonthulling. Hij definieert intimiteit dus als een daad van bekendmaking, vertoning; er wordt iets naar buiten gebracht. Dat bereikt een punt van verzadiging en vanaf dat moment gaat de hartstocht omlaag. Mensen hebben, kortom, minder seks. Ondertussen groeit de toewijding. Deze fase van toewijding is geen abstracte belevenis, er zijn concrete aanwijzingen voor: ‘Je begint met je toiletspullen bij de ander leggen, je stelt elkaar voor aan de familie, je gaat samen kerstmis vieren, belooft elkaar trouw, allemaal mijlpalen die bij toewijding horen,’ aldus Sternberg.

Foto: David Ryle / Getty Images
Foto: David Ryle / Getty Images

Toewijding bestaat dus uit het behalen van bepaalde sociale of materiële mijlpalen die kunnen worden afgevinkt en schijnbaar als bewijs van ‘genoeg’ gevoel dienen. En zo observeert, beschrijft en turft Sternberg gedrag van mensen die hun leven hebben vormgegeven aan de hand van al bestaande culturele normen. Vervolgens destilleert hij er waarheden over de mens en de liefde uit. Helaas remmen zulke populaire sociaalpsychologische conclusies het geloof in de mogelijkheid van nieuwe samenlevingsvormen.

Op bezoek bij de polyamoristen

In Parijs bezocht ik een bijeenkomst voor ‘polyamoristen.’ In tegenstelling tot de meer op seks gerichte polygamie, achten polyamoristen zichzelf in staat om van meerdere mensen tegelijk te houden, op romantische en toegewijde wijze.

Op een zomeravond in juni ging ik een café binnen aan de Rue Moret in het elfde arrondissement. Beneden, in de kelder van het café, zaten zo’n vijftig mensen, sommigen hand in hand. Het was heet, kledingstukken werden opgestroopt of uitgetrokken. Er gingen zakken chips rond en er werd veel en lang gepraat. De vriend en vriendin met wie ik was, zaten aan weerszijden van me. Fluisterend vertaalden zij het snelle Frans. Niemand stoorde zich aan de manier waarop zij om beurten met hun mond bij mijn oor zaten. Ik legde bij beiden een hand op de knie om te beamen dat we erbij hoorden.

Langzaam maar zeker begrepen we het jargon van de polyamoristen. Een ‘monopoly’ is een relatie tussen iemand die monogaam wil leven en iemand die polygaam is. Er werd geklaagd over ‘het monogame dogma’ – ze doelden op het feit dat alles is ingesteld op de monogame relatie tussen twee personen (of het nu gaat om de Valentijnsspecial in het restaurant, om het kopen van een huis of het sluiten van een huwelijk) – en gediscussieerd over het wezenlijke verschil tussen vreemdgaan en polyamorie.

Foto: David Ryle / Getty Images
Foto: David Ryle / Getty Images

Er bestaat een lineair beeld van hoe een romantische relatie moet verlopen: in beheerst tempo naar boven. Een beetje gelijkvloers rondscharrelen is uit den boze

Ook werd er veel gesproken over ‘de roltrap van de traditionele relatie’: zachtjes zoem je door verschillende fasen heen. Maar er wordt hoe dan ook verwacht dat je omhooggaat.

Want wanneer je eenmaal op de roltrap bent gestapt, moet je wel heel onbeschaamd zijn wil je naar beneden gaan. Er bestaat zodoende een lineair beeld van hoe een romantische relatie moet verlopen: in beheerst tempo naar boven. Een beetje gelijkvloers rondscharrelen is uit den boze.

Dit ideaal van de roltrap correspondeert met Plato’s indeling van de wereld. Plato zag de weg naar het ware leven als het beklimmen van een ladder. Wie juist leeft, stapt telkens een sport omhoog, tot aan de transcendente ideeënwereld. Wie chaos ziet, is simpelweg nog niet ver genoeg om het Ideaal te kennen. De waarheid openbaart zich wellicht niet aan jou, maar ze ligt wel ergens op je te wachten.

Hoewel het geloof in een transcendente wereld is afgenomen, blijkt Plato’s filosofie nog altijd vormend voor ons wereldbeeld van ‘steeds beter.’ De meesten van ons willen graag dat het leven volgens een stijgende lijn verloopt. Als we moeten kiezen, hebben we liever een ongelukkige jeugd dan een ongelukkig einde. Het is goed zolang er hoop is op beter.

De onzekerheid die bij polyamorie hoort

Tegenover een geliefde die ik al langere tijd zie, maar met wie ik geen traditionele ‘vaste’ relatie heb (we voelen ons allebei ook verbonden met anderen), uitte ik mijn plots opdoemende onzekerheid. Ik schreef:

Ik vrees dat je me niet graag genoeg wilt zien of dat je me niet leuk genoeg vindt. Ik zeg dat niet omdat jij daar dan wat aan moet doen, eerder om verantwoordelijkheid te nemen voor mijn aandeel in ons contact.

Ik schrijf: graag ‘genoeg’ of niet leuk ‘genoeg.’ Dat is eigenlijk heel raar, want wat betekent dat? Genoeg voor wat? In een conventionele relatie zijn daar misschien bepaalde speerpunten voor, bepaalde regels. De polyamoristen in Parijs noemen het de ‘roltrap’: je komt in een relatie langs allerlei toetsen die het ‘genoeg’ moeten bevestigen. Wil jij met mij mijn verjaardag vieren, op vakantie, samenwonen, etc.? Als daar te veel nee’s klinken, is de conclusie: er is niet ‘genoeg.’ Als je weigert om op die roltrap te stappen, dan moet je je eigen criteria voor ‘genoeg’ verzinnen en vertrouwen.

Ik moet denken aan eerder dit jaar, in januari. Toen zei je: ‘Misschien ben je op een plateau en moet je daar een beetje rondkijken.’ Dat ging voornamelijk over mijn werk of energiegevoel of verhouding tot de wereld. Sindsdien zie ik dat plateau voor me als een soort wit veld, een beetje nevelig wel, maar de zon zit erachter en komt niet in felle, geconcentreerde stralen; ze verlicht het geheel.

Foto: David Ryle / Getty Images
Foto: David Ryle / Getty Images

Ik heb het gevoel dat wij geen enkele trap beklimmen. Eerder bewegen we op zo’n plateau. Als we niet op een trap staan, gaan we ook niet omhoog. Dat is niet erg. Volgens mij is dat platoonse ideaalbeeld van een trap veel mensen dierbaar, omdat omhooggaan ook betekent dat je kunt vallen. En wanneer je kunt vallen, wanneer die dreiging van het vallen aanwezig is, is er ook duidelijk iets te verliezen. Dat idee van verlies is misschien noodzakelijk, omdat lopen sowieso energie kost. Die energie lijkt minder verspild wanneer die energie gebruikt is om het vallen te voorkomen door iets op te bouwen, omhoog te gaan. Op ‘ons’ veld of plateau is er alleen het lopen zelf. De waarde daarvan is nergens bewezen. Net zoals je je kunt afvragen of je iets aan woorden hebt zonder duidelijk doel. Of aan het spel zonder winst, etc. Toch geloof ik, denk ik, in de waarde van het lopen zelf, in de woorden zelf, in het spel zelf.

Cultuurhistoricus Johan Huizinga vond ‘spel’ het belangrijkste kenmerk van mens en maatschappij. In het spel toont de mens zijn narratieve en creatieve vermogen. Het spel is begrensd, heeft een tijdspanne en een speelveld. Alleen omdat het spel afgebakend is, kan de mens zich eraan overgeven.

Wanneer ik speel – bijvoorbeeld door op een date te gaan –, ben ik me ervan bewust dat de handelingen die ik verricht binnen het spel vallen: ze bepalen niet mijn hele leven. Het spel pretendeert nooit een totaal te vormen. Alleen dankzij die overgave kan er binnen het spel iets nieuws ontstaan; iets wat niet is afgesproken of met voorbedachten rade is opgezet.

Spelen oefent dan vooral het vermogen om om te gaan met spontaniteit, chaos en verrassing. Je bent afhankelijk van andermans acties, je kunt niet vasthouden aan een voorbedacht plan. Je kunt van tevoren van alles bedenken of uitstippelen, maar in het spel zelf moet je handelen naar wat er op dat moment gebeurt.

Foto: David Ryle / Getty Images
Foto: David Ryle / Getty Images

In het beste geval zijn sociale interacties ook een spel. Maar in de meeste interacties wordt de spelvorm juist verbloemd. Iedere cultuur heeft bepaalde rollen en regels. Wie deze kent en naleeft, voelt zich ‘normaal.’ Wanneer je afspraak bijvoorbeeld zijn jas aantrekt of zijn sleutels op tafel legt, is dat voor beiden een teken dat het tijd is om af te ronden. Vaak is het kennen van deze regels een lichamelijk, geïntegreerd kennen: je volgt de regels zonder ze te bevragen. Sterker nog: je ziet niet eens dat er regels zijn. De regel is een gewoonte geworden, die soms zelfs als een natuurwet voelt. Het spel verliest zijn spelkarakter en er ontstaat niets nieuws meer.

Wanneer het spel te serieus wordt genomen, ontstaat een gesloten systeem waarin niemand zich schaamt, omdat de normen overduidelijk en onbetwistbaar zijn. Ziedaar het monogame dogma. Op het moment dat ik beledigd ben omdat mijn geliefde liever met een ander naar een concert of op vakantie gaat (bijvoorbeeld omdat ik van andere muziek houd of niet kan skiën – maar eigenlijk zou het benoemen van deze redenen niet nodig moeten zijn) – zeg ik al ‘ja’ tegen het monogame dogma waarbij er maar één de belangrijkste kan zijn.

Mijn verwachtingen zijn daar al op aangepast en door ze als gerechtvaardigd te beschouwen, bevestigen ze de diepgewortelde regels van het spel dat romantische relatie heet. Deze regels worden verhuld en als een wetmatigheid gepresenteerd, maar een spel dat zijn spelkarakter verliest, mist spontaniteit en wordt een invuloefening in plaats van een speloefening.

Het verschil: de invuloefening is mislukt wanneer een bepaald doel niet wordt bereikt, terwijl een speloefening altijd slaagt als onderzoeking, ongeacht de uitkomst.

Een polyamoreuze verhouding is net zo goed een spel, maar de meervoudige verbindingen leiden minder snel tot de wederzijds beklonken, gesloten vorm van het monogame ‘drama’ waarin twee geliefden elkaar bevestigen en ervoor zorgen dat er niets onverwachts gebeurt. Zij smelten samen tot een cocon, terwijl het onderhouden van relaties met meerdere geliefden juist altijd frictie oplevert die de interactie speels en levend houdt.

Foto: David Ryle / Getty Images
Foto: David Ryle / Getty Images

Verdedigers van de monogamie beroepen zich vaak op bezitsdrang en jaloezie: ‘Wanneer je verliefd bent, wil je gewoon niet anders’; ‘Het is gewoon onhandig’; ‘Mensen hebben gewoon behoefte aan veiligheid.’ De monogame relatie is haar speelsheid kwijtgeraakt doordat bepaalde omgangsvormen als natuurlijk of vanzelfsprekend worden gezien.

Ik wil best geloven dat dergelijke uitspraken sterk als waar worden ervaren, maar het blijft belangrijk om te benadrukken dat iedere sociale interactie voortvloeit uit een mix van geschiedenis, culturele normen en wetgeving. En daar kun je mee spelen.

We nemen de relatie serieus, zien die als definiërend voor wie we zijn. Er wordt wel gesproken over het versierspel of het machtsspel tussen kersverse verliefden, maar na de beginfase loopt het spel over in het gewone leven en krijgt de relatie een soort continue status. De roltrap blijft eeuwig doorlopen.

Het single-zijn wordt daarentegen altijd als een tussenfase gepresenteerd, nooit als doorlopende oefening of levenskunst. Graag roep ik de eeuwige single in het leven. Dat heeft niets met eeuwig alleenzijn te maken; het is vooral een ontsnapping aan de monogame een-op-eenrelatiestructuur die haar eigen spelkarakter vergeet. Door die open te breken, kan er ruimte ontstaan voor meerdere, gevarieerde verbindingen: multi-intimiteit.

Denk aan het bekende gezegde: It takes a village to raise a child. De liefde en lessen van een verscheidenheid aan mensen worden als een noodzakelijke verrijking gezien. Hoezo stopt het belang van verspreide bemoeienis en verbinding na de kindertijd? Waarom staat daar een onuitgesproken overtuiging tegenover: er is slechts één partner nodig om een volwassene compleet te maken?

(Bron: De Correspondent)